Dolfijnen en de onvermijdelijke Duitsers
Blijf op de hoogte en volg Vince
24 November 2014 | Chili, Valparaíso
We worden om half 9 opgehaald door Jorge in een typisch 12 zits toeristen busje. De groep bestaat uit 3 onvermijdelijke Duitsers, twee Chileense vrouwen en ons. Twee van de drie Duitsers zijn een koppel, de een een Tandarts, de ander tandartsassistente. Ik heb zon donkerbruin vermoeden hoe die twee elkaar ontmoet hebben. De andere Duitser is een antropoloog op vakantie. Alledrie zijn ze erg stil. De Chileense vrouwen zijn verkleegkundigen die vlakbij een conferentie bijwoonden en de vrije dag pakten om met ons op pad te gaan. Jorge oud leraar die moe is van kinderen en zodoende als ecologisch gids te werk is gegaan. Tevens is hij het drukke Santiago ontvlucht en woont hij in de rustige Elqui vallei gaan wonen. De rust van zijn bestaan wordt gecompenseerd door zijn vullen van stiltes met grapjes en feitjes. Het significante aandeel Duitsers doet Jorge alles uit de kast trekken. Ik vraag me af of hij elke dag dezelfde grapjes maakt, maar we lachen er smakelijk om.
We rijden door de woestijn, langs een hoop cacti (meervoud cactus), naar een klein vissersdorpje. Onderweg zien we kleine Llamas die ze hier Vicunas noemen en erg zeldzaam schijnen te zijn. In het dorpje groet Jorge iedereen vriendelijk en toetert hij naar elke voorbijganger. Het geeft het tripje een gevoel van authenticiteit. Aan wal staan de lokale ranger en zijn kapitein klaar om ons het bootje in te leiden. We varen richting het eiland en ik bedenk me dat we vandaag uiterlijk anderhalve pinguin gaan zien. Maar ik vind het allang prachtig voor het eerst in de grote oceaan te zijn. We kijken uit over de zee en ineens komt Jorge naar ons toe en vraagt ons of we klaar zijn om dolfijnen te zien. Het Engelse Chileense hoge accent van Jorge en zijn enthousiasme werken aanstekelijk. De hele boot gewapend met cameras schiet honderder fotos van de naast de boot zwemmende dolfijnen. Na een minuut of 5 schijnen we ons geluk niet op te kunnen want de stoere ranger heeft een tweede soort dolfijnen gespot , de volgens Jorge ``Bottlenose Dolfien``. Ik krijg de slappe lach om hoe hij de beestjes beschrijft. Ik heb nog nooit zoiets gezien en maak met mijn telefoon diverse zeer amateuristische filmpjes van het schouwspel. Net als ieder ander op de boot.
We naderen het eiland waar de trip om draait en zien Pinquins, een van mijn favoriete dieren. Ze klimmen elke dag de rots af en op om vis te vangen en het gebeuren ziet er erg knullig uit. De Zeeleeuwen liggen te zonnen en onszer nabijheid lijkt hen niet te roeren. In de boot wordt ons gevraagd of we de petitie willen ondertekenen. Deze gaat over het voorkomen van het openen van een mijn een aantal kilometer stroomopwaarts. Het eiland herbergt 80% van de totale aardse populatie Humboldt pinquins. Met het openen van een mijn zal deze 80% hoogstwaarschijnlijk uitsterven. Echter is de mijn erg goed voor de lokale economie. Een afweging voor de lokale politici die door deze, vooral door westerlingen ondertekende petitie, van gedachten veranderd moeten worden.
Het volgende stadje wat we bezoeken fungeert meer als tussenstop tussen Chili en Arequipa in Peru. Het dorpje heet Arica en we moeten 20 uur in een bus zitten om er te komen. Na een aantal uur in een comfortabele Chileense bus valt iedereen in slaap. Na een uur of 6 worden ik door de chauffeur met zaklamp in het gezicht gewekt. Hij brabbelt iets onverstaanbaars waarop ik que? antwoord. Hij doet dit nogmaals waarna ik que herhaal. Ik vraag me af of we met de hele bus overvallen worden. Hij zegt met licht verheven stem BUS MAL. Ik begrijp dat de bus stuk is. We worden met bagage en al midden in de Chileense woestijn de bus uitgeladen en niemand behalve de Chilenen begrijpen wat nu te doen. Een aantal westerlingen klontert samen en we lenen onze slaapzak aan een meisje dat het erg koud heeft.
Een nieuw onvermijdelijk Duits koppel haalt een GPS apparaat uit de tas en ze vertellen ons dat we inderdaad midden in de woestijn zitten. Iedereen staat vertsteld om het verassende nieuws dat de Duitsers ons brengen. En nu opdonderen met je kut GPS apparaat. De mannelijke gadget Duitser begint fotos te maken van zijn in angstzweet badende vriendin. Na een uur of wat worden we opgepikt door een andere bus van het zelfde bedrijf en hervatten we onze uiteindelijk 24 uur durende bustrip. In Arica komen we uitgeput aan in een zeer net hostel wat gerund wordt door een oud koppel. De vrouw des huizes blijkt een verzamelfetish te hebben en ik kijk naar de 150 teddyberen en eindeloze hoeveelheid muurkleedjes. Dit maakt dat de gasten aan de ontbijttafel zich lichtelijk ongemakkelijk voelen. Ik denk aan de verzameling ``blauwe dingen`` van oma Kun. Iedere verjaardag weer kwam de gehele familie aan met nieuwe blauwe vingerhoedjes uit Brussel. Toen de erfenis verdeeld moest worden wilde niemand de blauwe troep hebben. Ik meen me te herinneren dat ik ooit een blauwe glazen dolfijn voor mijn oma heb gekocht.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley